Waarom krijgen vrouwen in de menopauze gemakkelijker een blaasontsteking?
Bij de menopauze valt de hormoonproductie door de eierstokken stil. De daling van de hoeveelheid progesteron en vooral van de oestrogenen resulteert in twee symptomen die een blaasontsteking in de hand kunnen werken:
- droge vagina
- relaxatie van de urinebuis.
Doordat de vaginale afscheiding vermindert, wordt de vagina droog en minder zuur, en dat beschermt haar minder tegen bacteriën. Een bacteriële infectie wordt ook in de hand gewerkt door het tweede symptoom: de urinebuiswand ontspant, zodat die meer open gaat staan.
Bestaat er een behandeling om die symptomen te bestrijden?
Jazeker. Als iemand nog andere menopauzale symptomen heeft (warmteopwellingen, osteoporose …), kan een hormonale substitutietherapie (HST) worden voorgeschreven. De vaginale afscheiding zal dan weer toenemen, waardoor ook de tonus van de urinebuis weer zal verbeteren. Als het probleem louter lokaal is, kan het volstaan om een oestriolcrème of oestriolovules in de vagina te brengen. Het voordeel van een lokale behandeling? Er zijn geen contra-indicaties voor het gebruik van lokale producten, in tegenstelling tot wat het geval is bij HST (borstkanker, longembolie …).
Is een hormonale behandeling werkelijk doeltreffend tegen blaasontsteking?
Ja. In de meeste gevallen daalt het risico op urineweginfecties weer tot het niveau van voor de menopauze en dat al na twee à drie maanden. Een hormonale behandeling biedt evenwel alleen bescherming tegen infectieuze blaasontsteking, maar niet tegen blaaspijnsyndroom. Dat laatste komt vaker voor bij oudere dan bij jonge vrouwen.